17 november 04 mondelinge vraag

“Hopelijk komt er wat van…
In de provincie West-Vlaanderen wordt één derde van alle klachten die ingediend worden in het kader van een echtscheidingsproblematiek, geseponeerd. En West-Vlaanderen scoort nog goed als je vergelijkt met de rest van Vlaanderen, waar vaak maar de helft van de klachten onderzocht worden. Het gaat dan meestal om klachten van ouders wiens ex-partner de kinderen niet wil afgeven zoals bepaald door de rechter, of het vastgestelde onderhoudsgeld voor de kinderen niet wil betalen.
Sabien deed in de commissie Justitie een oproep tot Minister Onkelinx om het huidige seponeringsbeleid van de parketten op dit vlak aan banden te leggen.
Voor het eerst erkent Minister Onkelinx nu dat er een tekort is aan wettelijke middelen om onmiddellijk en adequaat op te treden wanneer een ouder in gebreke blijft. Zij kondigt bovendien een aantal maatregelen aan.
Zo heeft de Minister een voorontwerp van wet uitgewerkt waarin ze voorstelt om de partijen op een eenvoudige, snelle en goedkope manier toe te laten voor de rechter te komen met het oog op nieuwe maatregelen – dit zou bijvoorbeeld omkering van het hoederecht/verblijfsrecht kunnen zijn. Dit ontwerp sluit volgens Sabien aan bij het wetsvoorstel dat de VLD indiende en dat erop neerkomt dat als een ouder de kinderen tot tweemaal toe niet te zien krijgt, de zaak opnieuw voor de rechter gebracht kan worden. De rechter kan de kinderen eventueel ontnemen van de onwillige ouder.
Voor uitzonderlijke gevallen wil de Minister de gerechtsdeurwaarder inschakelen. Die zou dan samen met een vertouwenspersoon ter plaatse gaan om de kinderen mee te nemen naar de andere ouder.
Wat het niet betalen van onderhoudsgeld betreft, is Onkelinx van plan om de efficiëntie te verhogen van de regeling van de dwangsom die kan worden opgelegd om de ouder te dwingen om het kind zo snel mogelijk af te geven. Zij stelt voor om het mogelijk te maken beslag te leggen op het inkomen of de uitkering van de schuldenaar tot betaling van die dwangsom.
“Ik zal contact opnemen met de betrokken partijen – o.a. de gerechtsdeurwaarders en de magistratuur – om af te toetsen of zij zich in deze maatregelen kunnen vinden. Het antwoord van de Minister lijkt op het eerste zicht vrij positief in die zin dat ze de problematiek erkent, doch belangrijker is dat er nu concrete oplossingen op tafel komen. Dit mag niet het zoveelste ballonnetje zijn dat opgelaten wordt,” aldus Sabien.